Werknemer is niet gebonden aan nieuwe eenzijdig opgelegde arbeidsvoorwaarden

Vooraf
Een werkgever die nieuwe arbeidsvoorwaarden wil invoeren, heeft de instemming van de werknemer nodig. Alleen als is voldaan aan drie redelijkheidsvereisten kan van de werknemer worden verwacht dat hij toch met veranderingen instemt. Deze toets komt uit het Stoof/Mammoet arrest van de Hoge Raad uit 2008.

De casus
Een werknemer is al meer zo’n 15 jaar in dienst, als het bedrijf van de werkgever fuseert.
De nieuwe werkgever harmoniseert met instemming van de ondernemingsraad de arbeidsvoorwaarden. Voor een bepaalde arbeidsvoorwaarde ontstaat discussie tussen werkgever en werknemer. De werknemer vindt dat hij niet gebonden is aan de nieuwe arbeidsvoorwaarde. De Kantonrechter geeft de werknemer gelijk en verbiedt de werkgever om de nieuwe arbeidsvoorwaarde bij de werknemer toe te passen. De werkgever gaat hiertegen in beroep.

Het oordeel
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt op 8 september 2020 net als de kantonrechter dat de werknemer gelijk krijgt. In de eerste plaats wordt vastgesteld dat het geschil om een arbeidsvoorwaarde gaat en niet om fiscaal beleid wat de werkgever gewoon moet toepassen.
Vervolgens wordt vastgesteld dat in het contract van de werknemer geen wijzigingsbeding staat.
Dat de ondernemingsraad heeft ingestemd met de wijziging, betekent niet dat de werknemer daaraan is gebonden.
Het hof begrijpt dat de werkgever de arbeidsvoorwaarden wil harmoniseren. Daarmee is nog niet gezegd dat de voorgestelde wijziging redelijk is. Omdat het belang wat met de regeling gemoeid is ingrijpt op de belastingbetaling en belastingteruggave van de werknemer, vindt het hof de regeling niet redelijk.

Advies Arbeidsrecht: wijziging arbeidsvoorwaarden – redelijkheid – Stoof/Mammoet
vindplaats:
ECLI:NL:GHARL:2020:7022