De werkgever die de arbeidsverhouding verstoort, betaalt een billijke vergoeding

Met de komst van de Wwz zijn redelijke gronden belangrijk geworden voor het wel of niet slagen van een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst. In de uitspraak van Rechtbank Noord Holland van 28 augustus 2017 heeft een werkgever een aantal redelijke gronden aangevoerd.  Er zou sprake zijn van disfunctioneren, ernstig verwijtbaar handelen en van een verstoorde arbeidsverhouding.

De werkgever kan het allemaal niet bewijzen en er blijft niet veel over. Alleen de verstoorde arbeidsverhouding, die ziet de rechtbank wel.  Deze redelijke grond is wel weer vooral aan de werkgever te verwijten. Dit is ernstig verwijtbaar en daardoor kan aan de werknemer een billijke vergoeding worden toegekend.

Uitkomst is dat het dienstverband wel eindigt, maar de werkgever betaalt de transitievergoeding (18,724,-) en een billijke vergoeding van € 30.000,-.
De advocaat krijgt van de rechtbank ook nog een terechtwijzing. Iedere redelijke grond moet apart worden gesteld en worden onderbouwd (gevuld). Dat is de uitdrukkelijke bedoeling van de wetgever.

In deze zaak spelen: ontslag – redelijke grond – billijke vergoeding 
Vindplaats : ECLI:NL:RBNHO:2017:7861