De PVV handelt ernstig verwijtbaar ten opzichte van werkneemster en moet € 30.000,- aan billijke vergoeding betalen

Vooraf
De Wet werk en zekerheid kent een aantal momenten waarop de rechter een billijke vergoeding kan toekennen. Als de werkgever ernstig verwijtbaar handelt, is een billijke vergoeding aan de orde.

De casus
De werkneemster is in dienst als senior persvoorlichtster bij de PVV.  Na een periode van arbeidsongeschiktheid, als gevolg van overwerk, wordt van haar verwacht dat zij dubbele piketdiensten werkt. De arbeidsovereenkomst meldt dat bij structureel overwerk een financiële tegemoetkoming wordt gegeven. Toch wijst de werkgever het herhaalde verzoek van werkneemster hiervoor af. Werkneemster valt opnieuw ziek uit en het dienstverband wordt door de kantonrechter beëindigd wegens een verstoorde arbeidsverhouding. De kantonrechter kent geen billijke vergoeding toe. De werkneemster gaat in beroep.

Het oordeel
Gerechtshof Den Haag oordeelt op 21 mei 2019 dat de kantonrechter terecht heeft geoordeeld dat de arbeidsverhouding duurzaam is verstoord. De ontbinding blijft daarmee in stand.
De werkgever heeft volgens het Hof wel ernstig verwijtbaar gehandeld. De ernstige verwijtbaarheid is naar het oordeel van het hof met name gelegen in de omstandigheid dat de PVV geen adequate en effectieve maatregelen heeft ondernomen om de werkdruk van werkneemster te verlichten en haar is blijven verplichten om dubbele piketdiensten te verrichten. Ook op de momenten dat er geen beroep op haar werd gedaan tijdens haar piketdiensten, diende zij wel steeds beschikbaar te zijn voor werkzaamheden in de avonduren en weekenden en kon zij haar vrije tijd dus niet naar eigen behoefte indelen en had zij geen rust. Het Hof kwalificeert deze inzet als structureel overwerk, gelet op de aard en omvang en het blijvende en duurzame karakter daarvan.
Wat de PVV stelt te hebben gedaan om werkneemster te ontlasten, acht het Hof bepaald onvoldoende. 

Advies Arbeidsrecht: ernstig verwijtbaar handelen – billijke vergoeding
Vindplaats:
ECLI:NL:GHDHA:2019:1122